4. Handelingen 9:17-26
04-12-2014 - Geplaatst door Andre PietPresentatie van studieavond gehouden op 4 december 2014 in Rijnsburg
Ananias (=genadig is JAHWEH) gaat naar Saulus om hem de handen op te leggen in het huis van Juda(s). De schellen vallen van Saulus’ ogen, hij staat op, wordt gedoopt en neemt (na drie dagen niets gegeten te hebben) voedsel tot zich en wordt versterkt. Een type van wat ook het Joodse volk op de derde dag zal overkomen.
Uit Galaten 1:17 weten we dat Saulus na zijn roeping te rade ging bij de Heer en daarom naar Arabië is vertrokken om vervolgens weer terug te keren naar Damascus. Daar verkondigt hij terstond in de synagogen dat Jezus de Zoon van God is, d.w.z. de beloofde Messias van Psalm 2. Onder de Joden in Damascus ontstaat grote verwarring door Saulus’ krachtige argumentatie en zij beramen zelfs een moord op hem. Omdat hij door de poort de stad niet kan verlaten, wordt hij in een mand via een venster in de stadsmuur neergelaten en zo ontkomt hij. Hij vertrekt naar Jeruzalem, inmiddels drie jaar na zijn roeping. Maar ook daar blijkt hij meteen al moeilijk te liggen. En zo zou het blijven…
Beluister of download de studie deel 1:
Beluister of download de studie deel 2:
Bekijk of download de presentatie: