37. 1Korinthe 16:1-12
08-01-2015 - Geplaatst door Andre PietPresentatie van studieavond gehouden op 8 januari 2015 in Bodegraven
Deze avond vond een bespreking plaats van het onderstaande gedeelte uit 1Korinthe 16.
1 Wat nu de inzameling voor de heiligen betreft, doet ook gij, evenals ik het in de gemeenten van Galatie geregeld heb:
2 elke eerste dag der week legge ieder uwer naar vermogen thuis iets weg, en hij spare dit op, opdat er niet eerst na mijn komst inzamelingen moeten gehouden worden.
3 Wanneer ik dan aangekomen ben, zal ik hen, die gij daarvoor geschikt acht, met brieven zenden om uw liefdegave te Jeruzalem af te dragen.
4 Mocht het echter van belang zijn, dat ik ook de reis maak, dan zullen zij met mij reizen.
5 . En ik zal tot u komen, wanneer ik Macedonie doorgereisd ben, want ik zal de reis door Macedonie doen,
6 maar dan zal ik mij mogelijk bij u langer ophouden, misschien wel de winter doorbrengen, zodat gij mij kunt voorthelpen, wanneer ik verder reis.
7 Want ik wil u thans niet in het voorbijgaan bezoeken, want ik hoop enige tijd bij u te blijven, als de Here het toestaat.
8 Maar ik zal nog tot Pinksteren te Efeze blijven;
9 want mij is een grote en machtige deur geopend en er zijn vele tegenstanders.
10 Wanneer Timoteus komt, zorgt er dan voor, dat hij bij u niet afgeschrikt wordt, want hij doet het werk des Heren evenals ik;
11 laat niemand hem dan geringschatten. Maar helpt hem voort in vrede, opdat hij tot mij komen kan, want ik wacht op hem met de broeders.
12 En wat broeder Apollos aangaat, hem heb ik herhaaldelijk verzocht met de broeders tot u te gaan, doch hij wenste bepaald niet nu te gaan, maar hij zal gaan, zodra het hem gelegen komt.
Beluister of download de studie deel 1:
Beluister of download de studie deel 2:
Bekijk of download de presentatie: