in welk jaar leven we?

Bovenstaande vraag klinkt misschien wat onnozel. Iedereen weet immers dat we (op het moment dat deze blog wordt gepubliceerd) op de drempel staan richting het jaar 2025. En daarmee bedoelen we uiteraard het jaar volgens de gangbare jaartelling. In het Engels de Common Era (CE) genoemd. Het was de monnik Dionysius Exiguus die in 525 de basis legde voor deze christelijke jaartelling en met terugwerkende kracht uitging van de geboorte van Jezus. Over het algemeen wordt deze kalender tot op vandaag als accuraat beschouwd. Behalve dan het beginpunt van de kalender, want de geboorte van Jezus zelf vond zeker niet plaats in het jaar 1 (zoals Dyonisius meende), maar enkele jaren eerder.

Anno Hominis

Met de vraag in welk jaar we ons momenteel bevinden, doel ik op een andere jaartelling: de jaartelling die begint bij de eerste mens Adam. Anno Hominis (AH) genaamd. Op deze website staan vele studies (zowel in gesproken vorm als in artikelen) waarin een strikt Bijbelse chronologie wordt gepresenteerd. Strikt Bijbels, omdat in deze benadering alle jaartallen tot op Christus, met louter Bijbelse gegevens worden onderbouwd. En de resultaten van deze benadering zijn buitengewoon precies en symmetrisch. Ga maar na:

• Abraham werd geboren in het jaar 2000 AH. Dat was tevens het sterfjaar van Noach;
• de uittocht uit Egypte vond plaats in 2500 AH (70 + 430 jaar). Het vijftigste jubeljaar sinds Adam.
• zowel het huis van God alsook het huis van koning Salomo werden voltooid in 3000 AH;
• Kores gaf bevel om de tempel en Jeruzalem te herbouwen in 3500 AH (430 + 70 jaar). In datzelfde jaar kreeg Daniël de profetie van de zeventig jaarweken die vanaf dat moment in werking traden;
• de zeventig jaarweken (=zeventig sabbatsjaren plus tien jubeljaren = 490 + 10 jaar) eindigen bij de roeping van Saulus: in 4000 AH. Vier jaar eerder (halverwege de zeventigste jaarweek, in 3996 AH), stierf de Messias en werd Hij opgewekt om veertig dagen later vanaf de Olijfberg de aarde te verlaten.

het zevende millennium

Sindsdien loopt de Bijbelse chronologie uiteraard gewoon door. Er waren nog twee millennia te gaan (die voor de Heer als twee dagen zijn; 2Petr.3:8), alvorens het zevende millennium zou aanvangen in 6000 AH. Dat is de grote sabbat die voor het volk van God nog overblijft (Hebr.4:8). Het zevende millennium is het Millennium, de duizend jaren waarin satan gebonden zal zijn zodat hij niet langer in staat is om de volkeren te verleiden. Het spreekt voor zich dat dit zevende millennium aanvangt in 6000 AH. Juist dit gegeven maakt de vraag boven deze blog zo razend actueel. Want in welk jaar bevinden we ons momenteel op de Anno Hominis kalender? Oftewel: hoeveel jaar resteren nog alvorens 6000 AH aanbreekt?

een zwakke schakel

De vraag is dus: hoe verhoudt de Anno Hominis kalender zich tot onze gangbare, christelijke jaarrekening? En hier wordt het lastig… Om deze vraag te beantwoorden, zijn louter Bijbelse gegevens niet voldoende. Want ook al zouden we op goede gronden beide jaartellingen bij elkaar brengen, dan nog berust zo’n conversie op buiten-Bijbelse aannamen. En dat levert onvermijdelijk een zwakke schakel op in een redenering die claimt Bijbels te zijn.

70 AD en 30 AD

In de chronologie-studies waar ik eerder naar verwees, ga ik voor de omzetting van de twee kalenders uit van twee ankerpunten. De eerste is de verwoesting van Jeruzalem in 70 AD. Bij mijn weten is dat een historisch onomstreden jaartal. Mijn tweede ankerpunt is dat Jezus’ sterven veertig jaar daarvoor plaatsvond.  Dat was dus in (70 – 40 =) 30 AD. Dit jaartal is niet onomstreden, maar de verschillen met andere opties zijn verhoudingsgewijs marginaal. Over het algemeen wijzen alle historici op een jaar binnen de bandbreedte van 30 tot en met 33 AD als het jaar van Jezus’ kruisiging.

markante veertig jaren

In de GB-benadering wordt sterk de voorkeur gegeven aan 30 AD als het jaar van Jezus’ sterven. Een belangrijk motief daarvoor is dat dit een periode oplevert van precies veertig jaar tussen Jezus’ sterven en Jeruzalems verwoesting. Een periode die overeenkomt met de tijd dat Israël in de woestijn doolde na de verlossing uit Egypte. Die veertig jaren of dat ene geslacht, staat in het NT vaak model (1Kor.10 en Hebr.3 en 4) voor de tijd die aanving bij de verlossing die de Messias tot stand bracht. Het komt ook overeen met het teken van Jona die na zijn verblijf van drie dagen in de vis, de omkering van de stad binnen veertig dagen voorzei (Luc.11:30).

Zelfs de Talmoed die (zoals bekend) geen enkele betekenis toekent aan Jezus’ sterven, is een onverdachte getuige voor die veertig jaren. Want volgens dit beroemde Joodse naslagwerk vonden gedurende de veertig jaren die voorafgingen aan Jeruzalems verwoesting in 70 AD, zeer merkwaardige, Goddelijke tekenen plaats in de tempel. Die tekenen begonnen dus in 30 AD! Maar waarom vanaf vanaf dat jaar? Is dat geen ijzersterke aanwijzing dat Jezus in dat jaar stierf? Met als eerste teken dat het grote gordijn van de tempel van boven naar beneden scheurde!

2034 AD = 6000 AH

Als we 30 AD als het jaar nemen waarin Jezus stierf, opstond en ten hemel voer, leggen we een link tussen de Anno Hominis-kalender en de christelijke kalender. In de Bijbelse chronologie (zoals gepresenteerd op de GoedBericht-site) valt voorjaar 30 AD dan samen met 3996 AH. Vier jaar later (in 4000 AH) werd Saulus van Tarsus geroepen. Dat was dus in 34 AD. Vanaf dan wordt de som eenvoudig, want als 34 AD samenvalt met 4000 AH, dan hebben we geen calculator nodig om te berekenen dat in 2034 AD het jaar 6000 AH aanbreekt. Om precies te zijn op 14 september 2034 AD, dat is op 1 Tishri, de Hebreeuwse datum waarop elk Bijbels jaar aanvangt.

we zijn er bijna…

Deze jaartallen maken op puur chronologische gronden duidelijk dat het zevende Millennium zeer aanstaande is. Want als 6000 AH over tien jaar begint, dan betekent dit dat we ons momenteel in 5990 AH bevinden. Waarbij we ook nog hebben te bedenken dat aan dat Millennium eerst nog schijnvrede en Israëls grote verdrukking voorafgaat. En daarna ook nog “de dag van toorn”. Vanuit dat perspectief bezien, leven we slechts enkele luttele seconden voor twaalf. Want stellen we zestig eeuwen (=6000 jaar) even voor als een uurwerk, dan is elke minuut gelijk aan een eeuw. En een decennium is niet meer dan zes seconden…

geen profetie

Ik sluit deze blog af met twee disclaimers. De eerste is dat ik beslist niet claim een profeet te zijn. Ik geloof de profeten en lees en bestudeer wat zij van Godswege hebben opgetekend. Om mijn tijdrekenkundige conclusies te staven lever ik de bonnetjes aan en het is aan de lezer en luisteraar om kritisch “na te gaan of deze dingen alzo zijn”. Onderaan elke bladzijde van deze website staat deze waarschuwing. Hoezeer ik ook sta voor hetgeen ik aandraag, ik ben een feilbaar mens. In mijn beweringen en conclusies presenteer ik uitleg van de Bijbel, geen profetie. Mochten de genoemde jaartallen er naast blijken te zitten, dan vallen ze dus ook niet in de categorie valse profetie.

een indicatie

De tweede disclaimer is dat hoewel ik weinig (lees: geen) redenen heb om te twijfelen aan de gangbare jaartelling, ik geen garanties daarvoor geef. Zelfs als ze inderdaad betrouwbaar is, dan berust die betrouwbaarheid niet op Bijbelse uitspraken. Dat is geen kritiek, maar een vaststelling. Wanneer ik dus beweer dat in najaar 2034 AD het zevende millennium aanvangt, dan doe ik dat met de nodige slagen om de arm. Het is een vergelijkbare onzekerheid als bij de uitgerekende datum van een zwangere vrouw. De datum vormt een indicatie. Niet meer. Maar zeker ook niet minder dan dat. Alleen al de tijdrekening bij het licht van de Schrift zou ons op scherp zetten. Los van alles wat in de wereld gaande is, zoals de situatie in het Midden-Oosten, de explosie van technologie en de geestelijke duisternis in de christenheid. De (zevende) dag is nabij!

Delen: