typologie
14-08-2012 - Geplaatst door Andre PietHet woord typologie komt niet in de Bijbel voor. Het woord type (Gr. tupos) wél. Zo heet Adam een type van Hem die zou komen, “de laatste Adam” (Rom.5:14). En van de gebeurtenissen die Israël in de woestijn overkwamen wordt gezegd dat ze typen zijn van ons die geloven. Typologie is de bestudering van zulke typen. Een type is een beeld of voorbeeld. Voordat Mozes de tabernakel ging bouwen heeft God hem een type daarvan getoond op de berg (Hebr.8:5).
Het bestuderen van typen in de Bijbel is buitengewoon boeiend. Door typen te herkennen, krijgen de Schriften een wonderlijke, onderlinge samenhang. Daarom heten “de Schriften” tezamen ook “de Schrift”, d.w.z. ze vormen een eenheid die niet gebroken kan worden (Joh.10:35). Het ene Bijbelboek verwijst naar een ander Bijbelboek waarmee het oppervlakkig gezien, geen enkel verband heeft. Eén voorbeeld waarop ik onlangs nog wat dieper ben ingegaan tijdens een toespraak. In 2 Koningen 2 wordt geschreven over een groep van tweeënveertig jongens die Elisa honen en dan door twee berinnen uiteen worden gescheurd. Het heftige tafereel blijkt wonderlijk parallel te lopen met het laatste Bijbelboek waar ook sprake is van twee Beesten (de een had poten als van een berin) die de heilige stad gedurende tweeënveertig maanden zullen vertreden. Het is geen spelletje om zo naar de Schrift te luisteren en onder de oppervlakte te zoeken. Integendeel. Paulus neemt het de Galaten zelfs kwalijk dat zij niet zo naar de wet luisterden.
Zegt mij, gij, die onder de wet wilt staan, luistert gij niet naar de wet?
Galaten 4:21
En vervolgens laat Paulus zien dat de geschiedenis van het conflict tussen Hagar en Sara staat voor twee verbonden (4:25). Het ene voor werken en slavernij (Sinaï) en het andere voor de belofte en voor vrijheid. Zouden de Galaten hebben geluisterd naar de wet, dan had hen dit niet ontgaan.
De Brieven in ‘het Nieuwe Testament’ staan vol van vermeldingen van typen. Eva genomen uit het lichaam van Adam verwijst volgens Paulus naar de ekklesia, het lichaam van Christus (Efeze 5:31,32). De Hebreeënbrief is vrijwel vanaf het begin tot aan het einde gebaseerd op onderwijs in typen in de Hebreeuwse Bijbel. Zelf spreekt de brief van schaduwen (10:1). De tabernakel als tent, de vele bijbehorende attributen, de offerdienst, de priesters, de sabbat, enzovoort, verwijzen stuk voor stuk naar hetgeen en Degene die komen zou. En wat dacht u van een figuur als Melchizedek van wie we slechts drie verzen (Gen.14:18-20) historische informatie bezitten? Genesis vertelt nauwelijks wat van hem maar is het dan niet verbazend hoe de schrijver van de Hebreeën-brief niettemin uitgebreid ingaat op zijn betekenis?! Waarbij hij niet alleen uitwijdt over wat van hem staat medegedeeld, maar zelfs de ontbrekende informatie blijkt betekenis te hebben! Het feit dat van de priester Melchizedek geen afkomst, geslachtsregister, leeftijd of overlijden wordt vermeldt, is volgens Hebreeën 7:3 typerend! Het verwijst namelijk naar de opgewekte Christus, die Priester is “naar de ordening van Melchizedek” (7:15,16).
Ik geef deze voorbeelden hier niet om op de typen zelf in te gaan. Ik vermeld ze slechts om te laten zien dat de Schrift zelf ons overvloedig voorgaat in het aanwijzen van typen. En hoe ze ons daarin ook aanspoort om zinnig en dubbelzinnig naar haar te luisteren.
Reageer op Facebook