nog eens: wat is ‘judaïseren’?
06-12-2017 - Geplaatst door Andre PietZondag j.l. sprak ik in Rotterdam over ‘judaïseren’ n.a.v. Galaten 2:14. Via Facebook vernam ik een reactie van iemand op wie de predikatie “diep kwetsend” was overgekomen. Laat me in deze blog, de punten van zijn kritiek eens nader bezien.
De wet van Mozes houden is NIET judaiseren. Dat is wat niet wordt begrepen. Paulus hield zelf die wet, vierde de feesten. Hij wil nota bene op tijd terug zijn in Jeruzalem om Shavuot te vieren.
Ik zou hebben beweerd dat het onderhouden van de wet van Mozes hetzelfde zou zijn als judaïseren. Dat is pertinent niet waar. Judaïseren betekent ‘verjoodsen’, d.w.z. van niet-joden, joden proberen te maken. Dat is dus iets heel anders dan als jood joods te leven. Inderdaad, Paulus zelf was een jood en wandelde naar de gebruiken van Mozes.
Mijn opponent vervolgt:
André begrijpt niet waar het in Galaten over gaat. Hij zit er enorm naast. De wet is nooit bedoeld om rechtvaardig door te worden, ook niet bij de Joden.
Wat ik betoogde was dat in Galatië de gelovigen werd voorgehouden dat wie rechtvaardig wil leven, is aangewezen op de wet van Mozes. Daarover was Paulus verbijsterd omdat hij de Galaten juist had geleerd dat de mens rechtvaardig is enkel door geloof. Zoals ooit Abraham, honderden jaren voordat de wet op Sinaï werd gegeven (Gal.3:8). De Judaïseerders die na Paulus’ vertrek waren binnengedrongen leerden daarentegen dat je geen rechtvaardige kunt zijn zonder de wet van Mozes te onderhouden (Gal.2:21; 3:11,12;5:4) . Het is deze bewering waartegen Paulus van leer trekt in de Galaten-brief.
Judaiseren is juist alles promoten wat BUITEN de wet valt in het Jodendom.
Mijn Facebook-opponent meent dat Paulus in de Galaten-brief zich niet zou verzetten tegen het promoten van de wet van Mozes maar tegen overleveringen, zoals we die in de talmoed aantreffen. Paulus zou ageren tegen zelfbedachte regels, waarover b.v. ook Jezus dikwijls in de clinch lag met de godsdienstige leiders. Maar het geschil tussen Jezus en de schriftgeleerden was van een totaal andere orde.
Nergens in de Galaten-brief is Paulus’ kritiek, dat de valse predikers regels introduceren die buiten de wet van Mozes om gaan. Hij bestrijdt geen talmoedische toevoegingen. Nergens in deze brief is dat zijn punt. Integendeel, Paulus’ onderwijs is er juist op gericht dat de wet van Mozes geen universele norm is, maar pas eeuwen na de belofte aan Abraham werd gegeven op de berg Sinaï (3:17). Hij schrijft aan de Galaten (4:21):
Zeg mij, jullie, die onder de wet willen zijn, luisteren jullie niet naar de wet? Want er staat geschreven, dat Abraham twee zonen had…
Paulus verwijt de Galaten dat ze onder de wet willen staan maar niet naar de wet luisteren, om vervolgens te verwijzen naar de torah (Genesis). Paulus maakt hier overduidelijk dat het om de wet van Mozes gaat en niet om de talmoed o.i.d.
Paulus verwijt in Galaten 2:14 dat Petrus de gelovigen uit de natiën judaïseert. Eerst at Petrus namelijk samen met de natiën maar toen lieden “uit de kring van Jakobus” kwamen, trok Petrus zich terug “uit vrees voor hen die uit de besnijdenis waren” (2:12). Moeten we hieruit opmaken dat Jezus’ leerlingen in Jeruzalem talmoedische overleveringen hoog hielden? Is dat reëel na al het onderwijs dat ze van Jezus hadden genoten? Trouwens, als dát Paulus’ kritiek zou zijn geweest, dan had Paulus gewoon de wet kunnen voorhouden aan Petrus. Dan had hij kunnen volstaan met aan te tonen dat wat Petrus deed een gebod van mensen is en geen grond vindt in de torah. Het loutere feit dat Paulus dit niet doet, impliceert dat zijn kritiek een heel andere is.
De sabbat vieren heeft hoegenaamd niets te maken met judaiseren. (Sterker nog: de eerste eeuwen hielden ALLE christenen de sabbat)
Hier opnieuw het eerder gesignaleerde misverstand dat een joodse leefwijze hetzelfde zou zijn als judaïseren. Maar niet wie de sabbat viert, judaïseert, maar wie de gelovigen uit de natiën de sabbatsviering wil opdringen, die judaïseert. Dat opdringen deed men in Galatië, door te beweren dat alleen door de wet van Mozes te onderhouden, men rechtvaardig wandelt.
Overigens is in de kerkgeschiedenis een nog veel kwalijker vorm van judaïseren geïntroduceerd, nl. door de gebruiken van de wet van Mozes eigenmachtig te veranderen en deze vervolgens op te leggen aan de natiën. Denk aan de leer dat de sabbat zou zijn vervangen door de zondag. Of dat in plaats van de besnijdenis de doop zou zijn gekomen. Enzovoort. Het zijn allemaal vormen van judaïseren.
De bewering: “je kunt niet behouden worden als je niet besneden bent”, DAT is judaiseren.
Inderdaad, de bewering dat je niet behouden kunt worden zonder besneden te zijn, was de aanleiding tot de apostelvergadering in Handelingen 15 (:1). Maar die kwestie was reeds vóór het schrijven van de Galaten-brief unaniem beslist en ook doorgegeven in Galatië (Hand.16:4). Paulus refereert in de Galaten-brief uitgebreid aan deze vergadering (2:1-10) maar niet aan de beslissing die daar was genomen. Waarom niet? Omdat in Galatië niet geleerd werd dat je niet behouden kunt worden zonder besneden te zijn. Het woord ‘behoudenis’ of ‘redding’ komt in deze hele brief niet eens één keer voor! Heel de Galaten-brief is een bestrijding van de leer dat een mens door werken der wet rechtvaardig wordt. Men leerde in Galatië: je wordt behouden door geloof maar vervolgens wandel je slechts rechtvaardig door de wet (3:3).
Het is tegen deze leer dat Paulus zich zo uiterst krachtig verzet. Paulus noemt de Galaten die hier in meegingen “dwaas” (3:1) en de predikers en hun boodschap vervloekt hij met een anathema (1:8,9). Wellicht dat zij zich door Paulus’ uitlatingen diep gekwetst hebben gevoeld. Maar “de waarheid van het Evangelie” (2:5,14) verdraagt geen compromissen. Het is genade of geen genade. Een beetje gratis bestaat niet.