1Korinthe 2:15 – de geestelijke mens
28-04-2020 - Geplaatst door Andre PietDe geestelijke mens echter beoordeelt alle dingen…
In 1Korinthe 2 zet Paulus twee type mensen tegenover elkaar: de zielse mens en de geestelijke mens. In het gangbare spraakgebruik worden deze begrippen gewoonlijk op één hoop gegooid. Iemand heeft bijvoorbeeld geestelijke problemen maar gaat naar een zielkundige oftewel een psycholoog. Maar het woord van God maakt een scherp onderscheid tussen ziel en geest (Hebr.4:12).
De ziel is dat wat de mens gemeenschappelijk heeft met het dier. De eerste keren dat de Schrift spreekt over zielen (Gen.1), gaat het over dieren. “De ziel is in het bloed”, lezen we (Lev.17:11). De ziel houdt verband met emoties en sensaties.
Geest daarentegen heeft te maken met denken en dingen beoordelen. Van de Bereeërs lezen we (Hand.17:11) dat ze dagelijks de Schriften nagingen “of deze dingen alzo waren”. In het Grieks wordt daar hetzelfde woord gebruikt (anakrino) als in 1Korinthe 2:15 : beoordelen. De zielse mens gaat af op sensatie en emoties. Op wat goed voelt. Met gevoel op zich is niets mis, maar de geestelijke mens laat zich daar niet door leiden. Hij denkt, beoordeelt en checkt. Hij gaat na of iets waar is. Dat is wat voor de geestelijke mens telt: de waarheid!