Romeinen 8:23 – wachtend op de zoonstelling
21-05-2021 - Geplaatst door Andre PietMaar zij niet alleen, ook wijzelf die de eersteling van de geest hebben, wij zuchten ook in onszelf, wachtend op [de] zoonstelling: de verlossing van ons lichaam.
Niet slechts heel de schepping zucht onder “de slavernij van de vergankelijkheid”, maar “ook wijzelf”. Dat Paulus dit zo formuleert geeft aan dat hij gelovigen als een wezenlijk andere categorie beschouwt. Niet vanzelfsprekend deel uitmakend van “heel de schepping”. De reden daarvoor is dat wij “de eersteling van de geest hebben”. Dat is “de geest van het leven” (:2), oftewel de geest die Christus als eersteling uit de doden opwekte (:11) en daarom ook “de geest van Christus” heet (:9). Dat die geest in ons woont, betekent dat we behoren tot een nieuwe schepping. Buiten het bereik van “de slavernij van de vergankelijkheid”.
Niettemin zuchten ook wij in onszelf. We hebben weliswaar “de eersteling van de geest“, maar “de verlossing van ons lichaam” wacht nog. Want naar het lichaam gerekend maken we nog steeds deel uit van deze oude schepping. En daarom delen we ook in het zuchten van die schepping. Wachtend op de zoonstelling. We hebben “de geest van de zoonstelling” ontvangen (8:15) maar de zoonstelling zelf vindt plaats wanneer ons lichaam verlost wordt. Dus zuchten wij in blijde verwachting!