onze ziekten gedragen – wie & wanneer?
22-03-2017 - Geplaatst door Andre PietIn de kerkelijke gemeente waar ik heen ga wordt de nadruk gelegd op het uitspreken van genezing van degenen die ziek zijn. Er wordt dan soms gewezen op Jesaja 53:4 waar staat dat Hij (Jezus) het was die onze ziekten droeg (SV staat dat Hij onze krankheden op zich genomen heeft en onze smarten gedragen). In Mattëus 8:16 en 17 wordt hier naar verwezen. Ook in de kerkelijke gemeente waar ik kom kunnen diverse mensen getuigen van wonderen van genezing die God in hun leven heeft gedaan. Prachtig natuurlijk maar anderen blijven echter ziek ondanks (veel) gebed en genezen niet. Ik zie dat vaker, er vinden in de naam van Jezus soms wonderbaarlijke genezingen plaats maar lang niet bij iedereen die hier om bid. Hoe zie jij dat vanuit de Schrift en hoe zie jij die tekst uit Jesaja. Hoe interpreteer jij die? Ik ben daar heel benieuwd naar.
Laten we eerst eens aandacht geven aan de tekst in Jesaja 53:
3 Hij was veracht en van mensen verlaten, een man van smarten en vertrouwd met ziekte, ja, als iemand, voor wie men het gelaat verbergt; hij was veracht en wij hebben hem niet geacht. 4 Nochtans, onze ziekten heeft hij op zich genomen, en onze smarten gedragen; wij echter hielden hem voor een geplaagde, een door God geslagene en verdrukte.
Jesaja 53 is een profetie over de Messias die eerst zou worden veracht en verworpen door zijn volk, maar later door hen erkend zal worden. Jesaja 53 zijn de woorden die het volk Israël in de toekomst in de mond zal nemen. “Wij hebben hem niet geacht… onze ziekten heeft hij op zich genomen… wij hielden hem voor een geplaagde… “. De “wij” en “ons” in dit hoofdstuk zijn de volksgenoten van de “man van smarten”. Het volk Israël! Wat de woorden “onze ziekten heeft hij op zich genomen” betekenen, hoeven we niet zelf in te vullen, want het wordt rechtstreeks uitgelegd in Matteüs 8.
16 Toen het nu avond werd, bracht men vele bezetenen tot Hem; en Hij dreef de geesten uit met zijn woord en die ernstig ongesteld waren genas Hij allen, 17 opdat vervuld zou worden, hetgeen gesproken werd door de profeet Jesaja, toen hij zeide: Hij heeft onze zwakheden op Zich genomen en onze ziekten heeft Hij gedragen.
Toen Jezus tijdens zijn rondwandeling in Israël allen genas die tot hem kwamen, werd volgens Matteüs, Jesaja’s profetie vervuld. Het dragen van de ziekten spreekt niet van de tegenwoordige tijd maar van Jezus’ bediening toen hij te midden van zijn volk verkeerde. Daar nam hij de ziekten op zich en genas allen. Wie met een beroep op Jesaja 53 verdedigt dat Jezus vandaag iedere zieke wil genezen, maakt een dubbele denkfout. Jesaja 53 spreekt (a) uitsluitend over Jezus’ bediening aan de zieken in Israël en (b) in de (verleden) tijd dat Jezus op aarde was.
Men brengt hier soms tegenin wat Petrus schrijft (1Petr.2:24):
… die zelf onze zonden in zijn lichaam omhoog bracht op het hout, opdat afgebracht wordend van de zonden, wij zouden leven voor de rechtvaardigheid, in wiens striem wij worden genezen.
Garandeert de striem waarmee Jezus werd geslagen voor ons dus genezing? Nee, we moeten bedenken dat Petrus als “apostel van de besnijdenis” (Gal.2:7) evenals Jezus tijdens diens rondwandeling op aarde, zich richt tot het volk Israël. Zoals de aanhef van zijn brief dat ook bevestigt (“aan de vreemdelingen die in de verstrooiing zijn”; 1Petr.1:1). Het is geen algemene brief, al heeft het die reputatie. Maar belangrijker nog is, dat Petrus in dit vers helemaal niet eens doelt genezing van ziekten maar op genezing van afdwaling. Dat is Petrus’ eigen uitleg:
Want jullie waren dwalende als schapen, maar nu zijn jullie omgekeerd tot de herder en opziener van jullie zielen.
Jesaja 53 gebruiken om vandaag, buiten het volk van Israël om, genezing van ziekten te claimen is volkomen misplaatst. En dat brengt me op het tweede deel van de vraag: hoe kan het dat sommigen genezen en anderen niet?
Laten we bedenken dat genezingen overal plaatsvinden. Al of niet met doktersbehandeling of medicatie. Ook wonderbaarlijke genezingen, waarvoor geen enkele medische verklaring bestaat, komen overal voor. Daarop hebben evangelische- of pinksterkerken geen patent. Rekening houden met (wonderbaarlijke) genezing, lijkt me, zeker voor een gelovige een vanzelfsprekende levenshouding. Want zou voor GOD iets te wonderlijk zijn? Maar de ‘pinksterleer’ dat genezing ons beloofd zou zijn en daarom geclaimd kan worden, is een ernstige misvatting. Men concludeert het misplaatst en slordig uit de Schrift (zoals b.v. uit Jesaja 53) en velen raken er diep door teleurgesteld. En erger nog: vervreemd van GOD . In plaats van dat zij door gebed genazen, zijn ze van gebed ‘genezen’. Hoe belangrijk daarom om gezond de Schrift te verstaan en te onderscheiden waar het op aankomt!