GoedBericht.nl logo
English Blog

“de overige Schriften”

19-06-2013 - Geplaatst door Andre Piet

image3

twee keer “duizend jaar”

De brief die wij kennen als 2Petrus,  is het geestelijk testament van de apostel Petrus. Hij is zich bewust dat, zoals hij schrijft, “het afleggen van mijn tent, spoedig komt” (1:14). Zijn voornemen is zich te beijveren voor de achterblijvers, zodat ze voor altijd bepaald zou worden bij “de tegenwoordige waarheid” (1:12-15). Hoe zou hij dit anders doen, dan door het bundelen van de apostolische geschriften? Hoewel Petrus ooit meende dat het Koninkrijk in zijn dagen openbaar zou worden (Hand.1:6; 3:19-21), wist hij inmiddels beter. Hij voorzegt nu dat er spotters zouden komen die zouden zeggen: “waar blijft de belofte van zijn komst?” (3:3,4). Petrus denkt niet meer in termen van jaren maar van millennia (2Petr.3:8). Veelzeggend heeft hij het twee keer over duizend jaar, wat voor de Heer hetzelfde is als twee dagen (vergl. Hos.6:1-3).

Joodse context

Dat de wederkomst uitblijft is geen toeven of dralen van de Heer (3:9). Nee, zegt Petrus, het is zijn lankmoedigheid. De Heer wacht totdat allen tot bekering zullen komen, d.w.z. totdat (het overblijfsel van) Israël zich zal bekeren en “gans Israël behouden zal worden” (vergl. Rom.11:26). Let op: Petrus is een “apostel van de besnijdenis” (Gal.2:7) en hij richt zich in deze brief tot “het volk” (2:1).  De Joodse context van de brief blijkt ook wanneer hij in het tweede hoofdstuk waarschuwt voor een aanstaand “schielijk verderf” (2:1) en daarbij doelt op de Joodse Opstand die zou eindigen in de dramatische verwoesting van Jeruzalem en de tempel, in het jaar 70 AD.

onze geliefde broeder Paulus

Met die turbulente omstandigheden voor ogen, verwijst Petrus ten slotte naar “onze geliefde broeder Paulus” (2Petr.3:15), omdat deze in al zijn brieven (aldus Petrus), schrijft over de lankmoedigheid van de Heer. En inderdaad, heel Paulus’ bediening is gebaseerd op Israëls ongeloof (Rom.11:11-15) waardoor de terugkeer van de Heer wordt verhinderd. Petrus heeft moeite gehad met Paulus’ brieven (“daarin is een en ander moeilijk te verstaan”; 3:16) maar nu verwijst hij zijn lezers er openlijk naar. Wanneer je de lankmoedigheid van de Heer wilt begrijpen moet je bij Paulus wezen, aldus Petrus.

Paulus’ brieven en de overige Schriften

Petrus’ geadresseerden hadden van Paulus zelf ook een brief ontvangen (“… u geschreven heeft”). Bij mijn weten komt daarvoor slechts de Hebreeën-brief in aanmerking, omdat deze brief geen schrijversnaam vermeldt, maar wel sterk Paulus’ hand doet vermoeden (zie o.a. Hebr.13:23) en bovendien gericht is aan “de besnijdenis”. Petrus verwijst trouwens naar “alle brieven” van Paulus. Dat houdt in, dat deze brieven hem dus bekend waren. En zijn lezers blijkbaar ook, hoewel de brieven onder hen kennelijk omstreden waren, want ze werden verdraaid. Maar Petrus slaat Paulus’ brieven buitengewoon hoog aan! Dat blijkt niet alleen uit deze respectvolle verwijzing  maar vooral ook uit het feit dat hij ze rekent tot “de Schriften”. Petrus schrijft: Paulus’ brieven worden verdraaid evenals “de overige Schriften”. Hij stelt Paulus’ brieven daarmee op één lijn met “de Schriften”! Evenals de Tenach (Luc.24:44,45) waren ook deze Schriften “van God geïnspireerd” en nodig “opdat de mens Gods volkomen zij, tot alle goed werk volkomen toegerust” (2Tim.3:16,17).

Reageer op Facebook

Delen: