GoedBericht.nl logo
English Blog

Ouweneel’s “moeilijkste problemen” (II)

02-06-2007 - Geplaatst door Andre Piet

 

de drie-eenheid
De drie-eenheid van God is nummer één van “de moeilijkste problemen”, aldus Ouweneel. Eén wezen, drie personen, zo luidt de omschrijving van de leer. Maar aangezien niemand vermag uit te leggen wat het verschil is tussen een wezen en een persoon, betekent zo’n definitie in de praktijk dus niets. Dat blijkt ook wel, want Ouweneel betoogt dat iedereen die de drie-eenheid begrijpelijk probeert te maken, óf vervalt in tritheïsme (=driegodendom) óf in modalisme (drie ‘rollen’ of manifestaties van één persoon). Ouweneel:

Tegenover het tritheïsme benadrukken we dat de drie niet gescheiden, niet autonoom, niet onafhankelijk van elkaar zijn, maar zij zijn één Godheid, met één wil, één gevoel, één denken, één zelfbewustzijn.

En vervolgens:

Tegenover het modalisme benadrukken we dat deze drie echt ‘personen’ zijn, niet slechts manifestatiewijzen .(…) ondanks deze eenheid ziet elk van de drie ‘personen’ de beide anderen als ‘anderen’ en onderscheidt Hij zich van de anderen als een ‘Ik’ tegenover een ‘Gij’.

Dus de drie hebben één wil, één gevoel, één denken, één zelfbewustzijn maar zijn toch echt verschillende ‘personen’.
Waar gáát dit over??

Besef wat een hopeloze situatie dit is. Volgens de klassieke visie geeft de Bijbel geen antwoord op de meest fundamentele vraag, nl. wie of wat God is! Er bleken ruim drie eeuwen nodig, van strijd en touwtrekken om ten slotte tot een spitsvondige (?) formule te komen. Maar wel een formule die evident alle kenmerken van puur mensenwerk in zich draagt: ze is onlogisch, ze verwart, ze verklaart niets en ze maakt onderscheidingen die de Schrift volkomen vreemd zijn (denk aan het verschil tussen ‘wezen’ en ‘persoon’).

Is er dan geen uitweg? Jazeker! In 1975 schreef Ouweneel (in ‘wat is gezonde Bijbelstudie?, pag. 25):

Gezonde Bijbelstudie is veilige Bijbelstudie, en zij is veilig als zij zo dicht mogelijk bij de Schrift blijft en alleen de terminologie van de Schrift hanteert

En zo is het!! Wanneer we deze gulden regel toepassen op ons onderwerp, dan stellen we, rechtstreeks vanuit de Schrift, het volgende vast.

  1. Er is één God, de Vader (1Kor. 8:6; Joh.17:3);
  2. Niemand heeft ooit God gezien. God is de onzienlijke (Joh.1:18; Kol. 1:16);
  3. Negentien keer spreekt de Schrift over ‘God de Vader’. Een kleine vijftig keer is er sprake van ‘de Zoon van God’. Niet één keer vinden we de uitdrukking ‘God de Zoon’;
  4. De Zoon van God is het Beeld van de onzienlijke God. Hij is Gods Afdruk, Zijn Logo (Gr.logos), de Gestalte Gods. Wie Hem gezien heeft, heeft de Vader gezien (Kol.1:15; Hebr.1:3: Joh.1:1; Filp.2:6; Joh.14:9);
  5. De Zoon van God is de Eerstgeborene van elk schepsel, het begin van Gods schepping (Kol.1:16; Openb.3:14);
  6. Zoals de geest van de mens geen ander persoon is dan die mens zelf, zo is ook Gods geest niet een ander dan God Zelf. God is geest (1Kor.2:11; Joh.4:24).

Alle bovenstaande statements zijn direct aan de Schrift ontleend. Er hoeft geen woord verzonnen en geen formule bedacht te worden. Alles is hier kristalhelder. Dat geldt ook van de vele Schriftplaatsen waarin de Zoon als God gepresenteerd wordt. Omdat de Zoon, Gods Beeld is, kunnen we zulke beeld-spraak verwachten!

Door zo dicht bij de Bijbel te blijven en alleen de terminologie van de Schrift te hanteren, hebben we ook in één klap, nummer twee van Ouweneel’s “moeilijkste problemen” opgelost (>de twee naturen van Christus)! Nou ja, opgelost… ze bestaat niet eens. Zodra we verstaan dat de Zoon van God in Beeld-spraak als God gepresenteerd wordt, zijn we ook gevrijwaard van het onmogelijke dilemma, hoe Iemand én God én mens, en dus onbeperkt en beperkt tegelijkertijd kan zijn.

Hoe zou het toch komen dat in het NT nergens ook maar enige aandacht aan bovenstaande dilemma’s geschonken wordt? Zou het misschien zijn omdat ze voor de schrijvers van het NT niet bestonden?! Zou het misschien zijn omdat ten tijde van het NT, ‘het Sjema’ nog dagelijks voor ogen stond en in de oren resoneerde?
Eén God, één God, één God…

In de volgende weblog aandacht voor het derde “moeilijkste probleem”: over Gods raad en de menselijke verantwoordelijkheid.

Wordt vervolgd…

Delen: