GoedBericht.nl logo
English Blog

waar hun worm niet sterft

31-03-2012 - Geplaatst door Andre Piet

Niemand heeft zoveel en zo ernstig over de hel gesproken als Jezus zelf. Hij onderwees een eindeloze hellestraf van een onuitblusbaar vuur waar de worm van wroeging nooit zal ophouden. Aanhangers van de alverzoeningsleer proberen dit weg te moffelen of te verdraaien. Maar de woorden in Marcus 9:43-48 zijn duidelijk genoeg.

Bovenstaande woorden en varianten daarvan zijn al vaak (en worden nog steeds), opgeworpen tegen het Goede Bericht van de Redder van alle mensen. Laat ik er kort en puntsgewijs op ingaan.

1. Nooit sprak Jezus over de hel. Iedereen kan dat zelf controleren. In de evangelieën is elf keer sprake van Gehenna. Dat is een plaatsnaam zoals Bethlehem, Efrata, Jeruzalem, Galilea etc. plaatsnamen zijn. En zoals deze plaatsnamen ongewijzigd zijn opgenomen in onze vertalingen, zo zou men dat ook met Gehenna doen. Gehenna is het dal van Hinnom bij Jeruzalem. Een bijbelvertaling die Gehenna weergeeft met ‘hel’ is bezig haar lezers te misleiden.

2. Wanneer Jezus in Marcus 9 spreekt over vuur dat niet wordt uitgeblust en een worm die niet sterft, zinspeelt Hij daarmee op het laatste vers in het boek Jesaja (66:24).

23 En het zal geschieden van nieuwe maan tot nieuwe maan en van sabbat tot sabbat, dat al wat leeft zal komen om zich voor mijn aangezicht neer te buigen, zegt de HERE. 24 Zij zullen uitgaan en DE LIJKEN aanschouwen der mannen, die van Mij afvallig geworden zijn; want hun worm zal niet sterven, en hun vuur zal niet uitgeblust worden, en zij zullen voor al wat leeft een afgrijzen wezen.

Jesaja spreekt hier over het toekomstig Messiaanse rijk waarin alle volkeren van tijd tot tijd zullen optrekken naar Jeruzalem en in het dal van Hinnom (Gehenna) de lijken zullen zien liggen van omgekomen goddeloze mannen. Zonder begrafenis te hebben gehad, liggen hun lijken te verteren door vuur dan wel door wormen. Inderdaad een weerzinwekkend schouwspel maar geen hel. Geen oord waar levenden eindeloos worden gefolterd door vuur. Jesaja spreekt over lijken.

3. Het vuur wordt niet uitgeblust. Betekent dit dat het vuur dus nooit uitgaat. Natuurlijk niet. Jeremia 17:27 spreekt b.v. over een vuur dat binnen Jeruzalems poorten wordt ontstoken en haar paleizen zal verteren “zonder te worden uitgeblust”. Deze woorden betekenen wat ze zeggen, niet minder en niet meer. De paleizen zullen in vuur opgaan zonder dat er wordt geblust. Het is absurd om daaruit een eindeloos vuur af te leiden.

4. Bezien we de woorden “hun worm zal niet sterven” in de context, dan gaat het niet over foltering, noch over een hel, noch over eindeloze wroeging. De verterende worm doet z’n niet aflatende werk in lijken. Letterlijk dus. Bovendien: wormen (maden) sterven inderdaad niet, zoals iedere eerstejaars biologiestudent weet, maar verpoppen zich tot vliegen.

Wie verdraait hier Jezus’ woorden? De kerkleer met haar eindeloze hellestraf van vuur dat niet uitgaat en wormen van wroeging? Of degene die spreekt van het dal van Hinnom waar lijken onbegraven liggen te verteren? Oordeelt zelf.

 

 

Delen: