Romeinen 6:20,21 – twee smaken

 Want toen jullie slaven waren van de Zonde, waren jullie vrij van de Rechtvaardigheid. 21 Wat voor vrucht hadden jullie toen? Dingen waarover jullie je nu schamen, want het einde daarvan is dood.

Paulus herinnert zijn lezers aan de positie en toestand dat zij “slaven van de Zonde” waren. Wat leverde dat op? Niets, behalve dan zaken waarover ze zich nu schamen. Het woord ‘zonde’ betekent ‘doel missen’ en dat leidt dus per definitie tot niets. De vrucht die het oplevert is doods, rottend, gênant en beschamend.

Je bent een slaaf van de één óf een slaaf van de ander. “Niemand kan twee heren dienen” (Mat.6:24). Ben je een “slaaf van de Zonde”, zoals de mens dat van huis uit is, dan ben je dus geen rechtvaardige (“vrij van de rechtvaardigheid”). Maar het omgekeerde is ook waar. Wie zich bewust is het eigendom te zijn van de Rechtvaardigheid, is daarmee automatisch vrij van de slavernij van de Zonde. Dat is geen ideaal om na te streven, maar het uitgangspunt. Een feit dat we op voorhand geloven en belijden. En zoals het einde van de zonde gekenmerkt wordt door dood, zo wordt heel het domein van rechtvaardigheid gekenmerkt door (opstandings)leven!

Delen: