Romeinen 15:26,27 – de armen in Jeruzalem
07-03-2022 - Geplaatst door Andre PietWant Macedonië en Achaje heeft het goed gedacht een zekere bijdrage te doen aan de armen van de heiligen die in Jeruzalem zijn. 27 Want dit dunkt hen goed, ook zijn zij hun schuldenaars. Want indien de natiën deelnemen aan hun geestelijke zaken, zijn zij ook verschuldigd hen te bedienen in de vleselijke dingen.
De bijdrage waarvan Paulus hier spreekt, is de inzameling die met name in de tweede Korinthe-brief uitgebreid aan de orde komt (1Kor.16:1; 2Kor.8,9). Paulus heeft nooit geld gevraagd voor zijn eigen arbeid maar heeft zich daarentegen wel actief ingezet om de arme gelovigen in Jeruzalem te gedenken (Gal.2:10). Toch benadrukt hij ook hier het vrijwillig karakter van de inzameling: het “heeft hen goed gedacht” deze bijdrage te doen. De gespaarde opbrengst die aan Paulus en zijn medewerkers is meegegeven naar Jeruzalem, was een zeer royale gift.
Toch speelt er nog een ander motief bij deze inzameling. De gelovigen uit de natiën hebben deel gekregen aan de geestelijke zaken van Israël. Sterker nog: de geestelijke rijkdom die primair bestemd was voor Jeruzalem, ging nu aan Jeruzalem voorbij en kwam via Paulus bij de natiën terecht! Is het dan teveel gevraagd aan de natiën, om bij te dragen in Jeruzalems vleselijke (stoffelijke) behoeften?