1Korinthe 5:2 – opgeblazen en zuurdesem
05-09-2017 - Geplaatst door Andre PietEn zijn jullie opgeblazen en niet veeleer in droefheid, zodat de bedrijver van dit werk uit jullie midden zou worden verwijderd?
Paulus is ontstemd over de houding van de gelovigen te Korinthe. Onder hen vond hoererij plaats die zelfs buiten hun kring ongehoord was. Een broeder hield het met zijn eigen stiefmoeder (5:1). Niet het geval op zich was Paulus’ eerste zorg, maar de instelling van de Korinthiërs. Zou men bedroefd zijn over de boosdoener, dan zou hij uit hun midden zijn verwijderd. Er staat niet eens (zoals meestal wordt weergeven) dat zij hem dan zouden verwijderen. Nee, hij zou worden verwijderd. Passief.
De opgeblazen houding van de Korinthiërs was het probleem. Daarop borduurt Paulus voort (5:6) door te spreken over de werking van zuurdesem (5:6). Zuurdesem doet het deeg rijzen, het klopt het op. De Korinthiërs roemden in het vlees (1:29; 3:21), d.w.z. in wat de mens bedenkt en presteert. Allemaal bluf en zuurdesem. Het draagt het bederf in zich.
Zouden de Korinthiërs roemen in de Heer en in wat zij in Hem bezitten (1:31), dan zou de boosdoener het onder hen niet hebben uitgehouden. ‘Tucht’ is geen maatregel van een organisatie. Het is organisch. In een gezond lichaam hebben ziektekiemen geen schijn van kans.