GoedBericht.nl logo
English Blog

“de troon van zijn vader David”

29-10-2010 - Geplaatst door Andre Piet

 

Op zijn site plaatste Jos Strengholt deze week een artikel waarin hij probeert aan te tonen dat Jezus niet op de troon van David zal regeren. Hij gaat daarbij in op wat de engel ooit tegen Maria zei:

En zie, gij zult zwanger worden en een zoon baren, en gij zult Hem de naam Jezus geven.  Deze zal groot zijn en Zoon des Allerhoogsten genoemd worden, en de Here God zal Hem de troon van zijn vader David geven, en Hij zal als koning over het huis van Jakob heersen tot in eeuwigheid (lett. tot in de aionen) , en zijn koninkrijk zal geen einde nemen.
Lucas 1:31-33

Jos schrijft:

Ik ga er van uit dat in zoverre Maria wat van de woorden van die engel begreep, ze vast moet hebben gedacht aan een tamelijk fysiek koningschap over de natie in het eigen land.

Exact. Dat is namelijk precies wat de engel had gezegd. De troon van David bevind zich in Jeruzalem en nergens anders. De profeten zijn eensluidend in hun talloze voorzeggingen dat de Messias zal zitten op de troon van David en vanuit Jeruzalem zal regeren. Maria theologiseerde niet maar zei na afloop demoedig tegen de boodsschapper die haar had bezocht: “mij geschiedde naar uw woord”.

Ik zie twee problemen.
1. Lucas schreef deze woorden op nadat hij al lang wist dat Jezus geen aardse koning in Jeruzalem was geworden.

Hoezo probleem? Lucas wist: wat nu niet is, zal zonder twijfel nog komen. Lees Lucas’ verslag van Petrus’ toespraak op het tempelplein en merk op hoe daarin luid en duidelijk verkondigd wordt dat woorden van de profeten t.a.v. Israël straks alsnog in vervulling zullen gaan (Handelingen 3:19-26).

2. En onze vrienden de chiliasten zeggen dacht ik doorgaans dat Jezus alleen in het duizendjarig rijk koning over Israel zal zijn. Daarna niet meer, want dan begint ‘de eeuwigheid. Probleempje dus, want volgens Lucas gaat het om een eeuwigdurend, nooit ophoudend koningschap over dat huis van Jacob.

Christus heerst niet “tot in eeuwigheid” of “nooit ophoudend” maar “tot in de aeonen”. Een groot verschil! Paulus schrijft dat Christus moet heersen totdat Hij de dood als laatste vijand zal hebben teniet gedaan. Daarna zal Hij, eens voor altijd, het Koninkrijk overgeven aan God de Vader en God zal worden “alles in allen” (1Kor.15:26-28).

Jezus zal heersen over het huis van Jakob “tot in de aeonen”. Eerst in “de duizend jaren” wanneer de satan niet langer in staat zal zijn de volken te verleiden en later op de nieuwe aarde, als “de koningen der aarde” hun heerlijkheid zullen inbrengen in het Jeruzalem dat vanuit de hemel neerdaalt (Openb.21:24). Dan heet de troon trouwens niet meer “de troon van David” maar “de troon van God en van het Lam” (Openb.22:1).

Daarom kunnen de apostelen ook met zoveel gemak van alle wat in het Oude Testament op Israel duidde, ook toepassen op het vernieuwde Israel van Jood en daarbij gevoegde heiden. Bewijzen te over in het Nieuwe Testament.

Paulus ‘vergeestelijkt’ zonder problemen tal van beloften die gedaan zijn aan Israël en past deze toe op de natien. Overigens niet willekeurig maar volgens een systematiek die hier nu niet aan de orde is. MAAR… deze toepassing is een extra. Ze komt niet in mindering op de letterlijke betekenis. Op dezelfde wijze als Paulus ook een geschiedenis als die van Hagar en Sara ‘vergeestelijkt’ (Galaten 4), zonder van de primaire, historische betekenis iets af te doen.

Petrus zegt dat Jezus-gelovige Joden (met de paar heidenen die daar bij zijn gaan horen) een koninkrijk vormen. Zie 1 Pet 2:9
Johannes zegt eveneens dat zulke volgelingen van Jezus een koninkrijk zijn, in Op 1:6

Zowel Petrus als Johannes richten zich tot “de besnijdenis” (Gal.2:9) en bevestigen daarmee dat de belofte om een Koninkijk van priesters te zijn, gegeven is aan de Israëlieten. Zoals ooit voorzegd in Exodus 19:6 “En gij zult Mij een koninkrijk van priesters zijn en een heilig volk. Dit zijn de woorden die gij tot de Israelieten spreken zult.”

In het Evangelie van Johannes zegt Jezus: mijn koninkrijk is niet van deze wereld – Joh 18:36.

In Joh.18:36 zegt Jezus “NU is Mijn Koninkrijk niet van hier”. Wat de komende aionen aangaat, beschrijft dezelfde Johannes in Openb.11:15: “… het Koninkrijk van deze wereld is gekomen aan onze Here en Zijn Gezalfde en Hij ZAL (!!) als koning heersen tot in de aeonen der aeonen”.

En laat nou in Handelingen 15:16 worden genoemd dat Jezus het vervallen huis (= heersende familie) van David weer heeft opgericht. Dat wordt in Handelingen 15 niet als toekomstmuziek geschilderd, maar als iets dat in die tijd was gebeurd.

Wat een misser! EERST verzamelt God zich een volk uit de natien (Hand.15:14). Dat is in overeenstemming met wat in de profeten geschreven staat: “DAARNA zal Ik wederkeren en de vervallen hut van David wederopbouwen…” (Hand.15:16). Het “daarna” vinden we niet in Amos 9:11, maar wordt door Jakobus voor het betoog ingelast. Het toont grandioos hoe Gods profetisch programma in elkaar steekt. Eerst wordt een volk uit de natien verzameld en daarna zal de Heer terugkeren om het huis van David te restaureren opdat het overige deel der mensen de Here zal zoeken (Hand.15:17).

Hoe moeilijk is het kennelijk voor mensen om gewoon te geloven ALLES wat de profeten hebben gesproken. Jezus is uit het zaad van David. Letterlijk. Hij werd geboren in de stad van David, Bethlehem. Precies zoals de profeten hadden voorzegd. Zou de beloofde troon van David Hem dan niet worden gegeven? Ook al duurt het inmiddels allemaal al zo lang…? Luister naar de profeet Hosea:

Want VELE DAGEN zullen de Israelieten blijven zitten ZONDER KONING en ZONDER VORST, zonder offer (…) DAARNA zullen de Israelieten zich bekeren, en de YAHWEH hun God, zoeken, en EN DAVID HUN KONING, en bevende komen tot de Here en tot zijn heil, in HET LAATST DER DAGEN.
Hosea 3:4,5

Delen: