1Timotheüs 5:10 – bewezen gekwalificeerd

… van wie wordt getuigd inzake voortreffelijke werken: als zij kinderen groot bracht, als zij gastvrijheid bewijst, als zij de voeten van heiligen wast, als zij verdrukten hulp verleent, als zij elk goed werk opvolgt.

De zestig-plus weduwen die Timotheüs voor het dienstwerk zou noteren, moesten bekend staan om hun “voortreffelijke werken”. Paulus geeft daarvan een vijftal voorbeelden. Het eerste wat hij vermeldt is dat van de weduwe een getuigenis kan worden gegeven inzake het grootbrengen van kinderen. De reden daarvoor is duidelijk. Thuis, bij de kinderen ligt de primaire taak van de moeder.

Ook gastvrijheid schrijft Paulus als deugd hoog aan. Wie gastvrij is zet zijn (of in dit geval: haar) huis open om gasten te ontvangen. Bijvoorbeeld rondreizende gelovigen (predikers). In dat laatste geval kan het ‘voeten van heiligen wassen’ zelfs heel letterlijk worden opgevat. Algemeen werd het voetenwassen van gasten als slavenwerk beschouwd, maar de vrouwen die Paulus voor ogen staan kijken daar niet op neer.

De weduwen waarnaar Timotheüs op zoek was waren bepaald niet de eersten de besten. Ze moesten bewezen gekwalificeerd zijn voor het opvangwerk en de hulpverlening en vandaar ook een hart voor verdrukten hebben. Ze zouden toegelegd zijn op elk type goed werk. Kortom, weduwen die reflecteren wat Gods genade vermag!

Delen: