huichelarij #5: dood = leven
03-06-2014 - Geplaatst door Andre PietDe eerste leugen die we in de Bijbel aantreffen is van de slang in de hof van Eden. Hij sprak tegen dat de mens zou sterven wanneer deze van de verboden vrucht zou eten. De mens zou niet sterven maar integendeel, zijn ogen zouden juist geopend worden. Sindsdien is de ontkenning van de dood een karakteristieke leugen in alle religies. Of men leert dat de mens reïncarneert of hij leeft voort als onsterfelijke ziel. Maar in beide gevallen gaat de mens niet écht dood maar leeft hij op een andere wijze verder. Met andere woorden: men zegt ‘dood’, maar men bedoelt (een andere vorm van) leven.
In de Bijbel is dood het einde en ook het tegenovergestelde van leven. Het verklaart waarom de Bijbel waarschuwt voor spiritisme: het zet de deur open naar bedrog. Men denkt doden op te roepen maar in werkelijkheid raadpleegt men leugengeesten. Het bidden tot, of het aanroepen van overleden heiligen (b.v. Maria) valt in diezelfde categorie. Want alle doden rusten tot dusver in het graf. Op dit moment is er slechts één mens onsterfelijk: de Eersteling Christus (1Kor.15:22).
De ontkenning van de dood is een leugen met ernstige consequenties. Het tast de kern aan van de Bijbelse boodschap. Als dood geen dood is, dan is Christus ook niet echt gestorven. Het maakt ook de opstanding van doden overbodig. Als mensen in een ‘gelukzalig hiernamaals’ verder leven, waartoe zouden ze nog moeten opstaan? Wat is de zin of noodzaak daarvan? Gods antwoord op de dood (volgens de Schrift) is opstanding en levendmaking. Buiten opstanding om, is er geen hoop of verwachting en zouden “ook zij, die in Christus ontslapen zijn, verloren” zijn (1Kor.15:18). De ontkenning van de dood is daarom tevens een ontkenning van de betekenis van de opstanding, waar het Evangelie mee valt of staat. Want zonder opstanding, zegt Paulus, is “onze prediking zonder inhoud, en zonder inhoud is ook uw geloof” (1Kor.15:14). Waar we geconfronteerd worden met dood en overlijden, zouden we elkaar niet vertroosten met een hiernamaals waar de overledene zou vertoeven maar met de verwachting van een toekomstige levendmaking (1Thes.4:16-18). “Ieder in zijn eigen rangorde…” (1Kor.15:23).
Reageer op Facebook