GoedBericht.nl logo
English Blog

theoloog verslikt zich in Romeinen 5:18

18-03-2015 - Geplaatst door Andre Piet

18-4-2014 19-49-20

In het huisorgaan van de Gereformeerde Bond ‘De Waarheidsvriend’ stond in het nummer van 20 februari 2015 een artikel van de hand van dr. M. Klaassen onder de titel komt het met ieder goed?. Het begint zo:

‘Waarom zou niet iedereen gered worden? Ik ontmoet in mijn omgeving veel kerkelijke jongeren die met die vraag leven en graag aannemen dat ‘het met iedereen goed komt’ – God is toch liefde? Waarom zou alverzoening een probleem zijn?’.

De gedachte van de alverzoening (ook wel: universalisme) is van alle tijden. Al in de vroege kerk hing de bekende Schriftuitlegger Origenes de gedachte aan dat alle redelijke schepselen, engelen en mensen, na een proces van loutering uiteindelijk weer tot God zouden terugkeren. Ook vandaag heeft deze gedachte zijn aanhangers. Op de website www.goedbericht.nl –waar allerlei argumenten aangedragen worden die de alverzoening steunen – lees je: ‘Geen vijand zal bestand blijken tegen de overmacht van GODS LIEFDE!’.

Na het verduidelijken van enige theologische standpunten gaat dr. Klaassen in op het argument van Romeinen 5:18.

Wat zijn de argumenten die aangedragen worden voor de gedachte van de alverzoening? Vaak wordt gewezen op Bijbelteksten die een universele strekking lijken te hebben. Een tekst die in dit verband vaak aangehaald wordt is Romeinen 5: 18: ‘Zoals dus door één de overtreding de schuld gekomen is over alle mensen tot verdoemenis, zo komt ook door één rechtvaardigheid de genade over alle mensen tot rechtvaardiging van het leven’. Deze tekst wijst op een parellelie tussen Adam en Christus. Zoals door Adam alle mensen schuldig zijn geworden, zo komt door Christus de genade ‘over alle mensen’. De vraag draait natuurlijk om de betekenis van ‘alle’ in het tweede gedeelte van de tekst: bedoelt Paulus daar alle mensen stuk voor stuk mee, of bedoelt hij hiermee degene die ‘in Christus’ zijn? Ik denk het laatste. Teksten moet in hun verband gelezen worden en het is onmiskenbaar dat in de Romeinenbrief de rechtvaardiging waar 5: 18 over spreekt verbonden wordt aan het geloof (zie 5: 1). En spreekt Paulus in hoofdstuk 2 niet overduidelijk over de toorn en het oordeel van God (Rom. 2: 5)?

Dr. Klaassen voert drie redenen aan om te ontkomen aan de kracht van Paulus’ statement in Romeinen 5:18. In de eerste plaatst probeert hij het tweede “alle” te beperken tot allen “die in Christus zijn”. Maar behalve dat hij iets in de tekst projecteert wat er niet staat maakt hij ook Paulus’ vergelijking onzinnig. Als we willen weten wat de reikwijdte van het tweede “alle” is, dan hoeven we ons slechts af te vragen wat de reikwijdte is van het eerste “alle”. Het gaat immers om een vergelijking. “Zoals dus door één…. zo komt het ook…”. Zou de omvang van het tweede “alle mensen” niet gelijk zijn aan het eerste “alle mensen”, dan is Paulus’ vergelijking niet zuiver en dus ongeldig. Want dan heeft Adams overtreding een (aanzienlijk) grotere impact dan Christus’ daad van gehoorzaamheid. Terwijl de teneur van deze passage in Romeinen 5 nu juist is dat Christus’ “veel meer” is dan Adam (5:15,17). Met zijn ‘uitleg’ doet dr. Klaassen niet alleen de tekst maar ook de context van Romeinen 5 geweld aan. Weliswaar conform de orthodoxe theologie maar geheel in strijd met wat Paulus optekende.

De tweede reden die dr. Klaassen aanvoert om Romeinen 5:18 iets anders te laten zeggen, dan wat er staat, is dat Paulus elders in de Romeinen-brief rechtvaardiging koppelt aan geloof. Dr. Klaassen suggereert daarmee dat wie in ongeloof sterft, dus niet kan worden gerechtvaardigd. Wat hij daarbij over het hoofd ziet is dat God gericht gaat oefenen en alles recht zal zetten zodat eenmaal elke knie zal buigen en elke tong Jezus als Heer zal belijden (Gr. ex-omologeo = van binnenuit!), tot eer van God de Vader (Filp.2: 10,11). God overtuigt ieder mens. Hij geeft geloof. Vroeg of laat. “Ieder in zijn eigen rangorde” (1Kor.15:22).

Als derde motief voert dr. Klaassen aan dat Paulus overduidelijk spreekt over de toorn en het oordeel van God. Wederom een drogreden. Alsof toorn en oordeel in de Schrift het laatste woord zouden hebben. Gods oordeel is echter nooit een doel maar juist een middel tot het doel (Klaagl.3:31-33). Gods toorn gaat voorbij terwijl zijn goedertierenheid blijvend is (Ps. 103:9). Volgens de psalmist verhoudt Gods toorn zich tot zijn welbehagen als een ogenblik tot een lang leven (30:6).

Helaas betoont dr. Klaassen zich in dit artikel meer een vriend van de kerkelijke traditie dan een waarheidsvriend. Met doorzichtige, zwakke argumenten verdraait hij de waarheid van de genade Gods die reddend is verschenen aan alle mensen (Tit.2:11). Adams val in de hof van Eden was volgens deze theoloog, veel effectiever dan Christus’ opstanding in de hof van Arimathea. De dood die via Adam tot elk mensenkind kwam (“stuk voor stuk”) zou slechts voor een fractie opgeheven worden door het leven dat Christus aan het licht bracht. Wat een karikatuur van het Evangelie, dat zegt (1Kor.15:23):

Want EVENALS in Adam ALLEN sterven,
ZO zullen ook in Christus ALLEN levend gemaakt worden. 

Let op: “in Christus allen”. Niet: allen in Christus.

Overigens is Romeinen 5:18 de triomfantelijke echo van wat Paulus reeds eerder had geschreven in Romeinen 3:23,24.

Want ALLEN hebben gezondigd
en derven de heerlijkheid Gods,
en worden OM NIET gerechtvaardigd
uit zijn genade,
door de verlossing in Christus Jezus.

Reageer op Facebook

Delen: