Romeinen 7:6 – letter & geest, oud & nieuw
09-03-2021 - Geplaatst door Andre PietMaar nu werden wij ontslagen van de wet waarin wij stervende werden vastgehouden opdat we slaaf zouden zijn in nieuwheid van geest en niet in oudheid van letter.
We dienen ons goed te realiseren dat het “wij, ontslagen van de wet” slaat op Paulus’ Joodse lezers (7:1). Want niet de natiën, maar zij waren “onder de wet”(2:12; 3:19). Sinds de dood van de man echter, is zij “ontslagen van de wet van de man” (7:2). Waarbij “de man” uiteraard verwijst naar Christus die God representeert (7:4).
Het oude verbond dat het karakter van een huwelijksverbond droeg, is beëindigd. Elders noemt Paulus dit verbond “de letter” (2Kor.3:6) en omschrijft dit als “een bediening van dood, gebeiteld in stenen” (2Kor.3:7). Hij noemt het ook “een bediening van veroordeling” (2Kor.3:9). Want dat is wat de wet doet: het veroordeelt degenen die geen gehoor geven aan haar eisen.
Deze “oudheid van letter” staat tegenover het “nieuwe verbond, niet van letter maar van geest, want … de geest maakt levend” (2Kor.3:5). Dit is het verbond dat GOD zou sluiten met het volk van Israël in “de laatste dagen”. Een verbond dat blijvend is omdat GOD daarin niets eist van zijn volk, maar zelf honderd procent garant staat voor de vervulling!