Romeinen 6:1 – doorgaan in de zonde?
27-11-2017 - Geplaatst door Andre PietWat zullen wij dan uitspreken? Zouden we doorgaan in de zonde, opdat de genade toeneme? Moge het niet gebeuren! Hoe zullen wij die stierven aan de zonde, daarin nog leven?
In het voorgaande hoofdstuk had Paulus uiteen gezet hoezeer de genade “uitermate overvloedig” is ten opzichte van de zonde. Waar zonde toeneemt, wordt de genade alleen maar des te meer. Paulus’ denkbeeldige gesprekspartner heeft dát in elk geval goed begrepen. De conclusie die hij Paulus tegenwerpt is een standaard misvatting, waar mensen de boodschap van radicale genade horen. Genade is een risico omdat ze kan worden misbruikt.
Maar hoezeer het ook waar is dat meer zonde leidt tot meer genade, de conclusie om dus bij de zonde te blijven, werpt Paulus ver van zich. Paulus stelt namelijk vast dat wij die geloven, aan de zonde zijn gestorven. En hij maakt duidelijk wat hij daarmee bedoelt. Wie verbonden en één gemaakt is met Christus, is met hem gestorven, begraven en opgewekt. Daarmee behoort de zonde tot het verleden. Althans, zo rekent God. Voor Hem is degene die gelooft geen zondaar meer (5:8) maar gerechtvaardigd. Dat is onze identiteit. En zo mogen we leven. Om te worden wie we zijn.