Kolosse 1:24 – de verdrukkingen van Christus aanvullen

Nu verblijd ik mij in mijn lijden ten behoeve van jullie en vul ik in mijn vlees aan de tekorten van de verdrukkingen van Christus ten behoeve van zijn lichaam, dat is de ekklesia.

Kort hiervoor (1:20) schreef Paulus over de alomvattende verzoening die God uiteindelijk zal realiseren. Dat is straks. Nu echter verzamelt God Zich een uitroepsel (=ekklesia), dat nu reeds verzoend is (1:21). Het is ten behoeve van deze ekklesia, het lichaam van Christus, dat Paulus lijden ondergaat. Hij doelt daarmee op zijn gevangenschap.

Dat Paulus met zijn lijden aanvult in zijn vlees “de tekorten van de verdrukkingen van Christus ten behoeve (…) de ekklesia”, heeft al menig uitlegger hoofdbrekens bezorgd. Want voor sommigen lijkt dit te suggereren dat “het bloed van het kruis” (1:20) tekorten zou kennen en onvoldoende zou zijn. Dat is uiteraard een groot misverstand.

“Het bloed van het kruis” staat garant voor de verzoening van ‘het al’. Daar ontbreekt niets aan. Maar… “de verdrukkingen van Christus ten behoeve van zijn lichaam” verwijst naar de vervolging die de ekklesia in de tegenwoordige tijd ondergaat. Als één lid van de ekklesia verdrukt wordt, wordt Christus zelf verdrukt (Hand.26:14,15). Vandaar dat Paulus’ in zijn lijden aanvult “de tekorten van de verdrukkingen van Christus ten behoeve van de ekklesia”.

Delen: