1Korinthe 7:1,2 – baat bij celibaat?
28-03-2019 - Geplaatst door Andre PietAangaande de dingen nu waarover jullie schreven: het is ideaal voor een mens geen vrouw aan te raken, maar vanwege de hoererijen, laat iedere man zijn eigen vrouw hebben en iedere vrouw haar eigen man.
In deze brief snijdt Paulus tal van onderwerpen aan waarover hij óf via-via was geïnformeerd (b.v. 1:11) óf (zoals hier) door correspondentie was benaderd. De Korinthiërs hadden begrepen dat Paulus een voorstander was van celibatair leven. Zelf leefde hij zo en later in dit hoofdstuk (:7) breekt hij daar ook een lans voor.
Maar géén verplicht celibaat. Want hoeveel waarde Paulus ook toekende aan de ongetrouwde staat, het zou geen opstapje zijn voor hoererijen, d.w.z. kortstondige seksuele relaties. In dat geval schiet ongetrouwd-zijn haar doel voorbij. Zoals we al eerder in 6:19 opmerkten betekent hoererij (Gr. porneia): seksuele gemeenschap met een ander dan de eigen man of vrouw. “Want een man zal zijn vrouw aanhangen en die twee zullen tot één vlees zijn” (Gen.2:24).
Nooit eerder in de geschiedenis dan vandaag, is zo ontluisterend duidelijk geworden dat het verplichte celibaat leidt tot de meest wanstaltige vormen van hoererij. Onder de vlag nog wel van seksuele onthouding! Had men maar naar de nuchtere en wijze woorden van Paulus geluisterd…