“die bij God is”
16-01-2012 - Geplaatst door Andre PietNaar aanleiding van de serie studies die ik de laatste weken publiceer over de ene God en zijn Zoon, wees iemand mij op Johannes 6:46.
Niet, dat iemand de Vader gezien heeft; alleen die van God komt, die heeft de Vader gezien.
Betoogt Jezus hier dat Hij vóór zijn geboorte reeds de Vader had gezien? Inderdaad, in deze weergave is dat zondermeer de suggestie. Raadplegen we echter een concordante interlineair (ISA), dan ontdekken we dat er allerminst sprake is van “die van God komt” maar van “die bij God is“. De gebruikelijke weergave is een voorbeeld van vertalen vanuit de gangbare leer. Johannes heeft het hier namelijk niet over Jezus voordat Hij in de wereld was, maar over Hem nadat Hij de wereld verlaten had (Joh.13:1). NU is Hij bij de Vader en heeft Hij de Vader gezien. De opmerking in Joh.6:46 behoort niet tot de uitspraak van Jezus, maar is een toelichting van Johannes. Hij verwijst naar Jezus’ tegenwoordige positie aan Gods rechterhand. Zoals Hij dit eerder deed in hoofdstuk 1:18.
Niemand heeft ooit God gezien; de eniggeboren Zoon, die aan de boezem des Vaders IS, die heeft Hem doen kennen.