GoedBericht.nl logo
English Blog

huichelarij #6: Israël = de kerk

07-06-2014 - Geplaatst door Andre Piet

images7

Een lering die in deze serie over “huichelarij van valse woorden” niet mag ontbreken, is de klassiek-kerkelijke opvatting dat de kerk ‘geestelijk Israël’ zou zijn. Waar de Schrift spreekt over de heilrijke toekomst van het volk Israël en het beloofde land, daar dienen we volgens deze opvatting te denken aan ‘de kerk’. M.a.w. men leest Israël of Jeruzalem maar men bedoelt de kerk. Dat procedé volgt men trouwens alleen als het heilsaankondigingen betreft, want de vloek en het oordeel zijn weer wél voor het concrete Israël… Het is deze theologische opvatting die sinds de kerkvader Augustinus  († 430) het kerkelijk denken heeft beheerst. Hoe kon het zover komen?

Toen de Joodse natie in de eerste eeuw van onze jaartelling ‘van de kaart’ verdween en Jeruzalem en de tempel waren verwoest, raakte Israël uit het vizier van de christenen. God had dit volk immers terzijde gesteld. Toen in de dagen van keizer Constantijn (begin 300) een einde werd gemaakt aan de christenvervolgingen en het christendom zelfs staatsgodsdienst werd, ontstond het idee dat het Koninkrijk dat Israëls profeten hadden aangekondigd, inmiddels zou zijn aangebroken. Het jodendom was definitief ten ondergegaan en ziedaar, het christendom beheerste nu de wereld. M.a.w., wat ooit door de profeten aan Israël was beloofd werd nu vervuld aan de kerk. Zo kreeg de ‘geestelijk Israël’-leer succesvol voedingsbodem.

Daarmee beroofde de kerk Israël van haar beloften en de aan Israël toebedeelde rol eigende men zichzelf toe. Geheel in lijn hiermee judaïseerde ook het godsdienstig leven. De tempel werd een kerkgebouw, er kwam een priester-klasse met zegenformules en ambtsgewaden, de tien geboden werden de christelijke leefregel, de sabbat werd de zondag, de besnijdenis werd de doop, enzovoort.  Dat Gods genadegaven aan het volk Israël (“hunner is de heerlijkheid en de verbonden en de wetgeving en de eredienst en de beloften”; Rom.9:4) onberouwelijk zijn, ontkende de kerk door zichzelf Israël te wanen. Dat is niet alleen diefstal maar ook een miskenning van wat wél voor haar bestemd is, namelijk het onderwijs van Paulus, de apostel en leermeester van de natiën.

Sinds de laatste deccennia is dit eeuwenoude rollenspel op haar retour. De kerk kon zich destijds haar valse identiteit aanmeten door enerzijds de ondergang van de joodse natie en anderzijds door het Westen dat ‘gechristianiseerd’ was. Hele volksstammen waren de rivier in gedreven om er als gedoopte christenen uit te komen. Maar dit rollenspel valt nu ongenadig door de mand. Het Westen is niet langer het christelijke avondland. En bovendien ziet de kerk zich al tientallen jaren geconfronteerd met een volk dat men juist had afgeschreven. Sinds 1948 is er weer een Joodse staat dat sinds 1967 Jeruzalem als hoofdstad heeft. En vrijwel dagelijks blijkt dit kleine landje de spil van de wereldpolitiek te zijn.

In de Schrift geldt: Israël = Israël en Jeruzalem = Jeruzalem. Met dat volk, die stad en dat land gaat God binnenkort weer de draad oppakken om zijn Koninkrijk op aarde te vestigen. God bedoelt in de Schrift wat Hij zegt. De “huichelarij van valse woorden” (Israël = de kerk) zal dan definitief aan de kaak worden gesteld.

Reageer op Facebook

Delen: