GoedBericht.nl logo
English Blog

wat is een (on)gelovige?

06-04-2018 - Geplaatst door Andre Piet

Het label ‘gelovige’ of ‘ongelovige’ heeft in de praktijk nogal wat haken en ogen. Gaat u maar na: iedere moslim, boeddhist maar ook kerkganger zal zichzelf ‘gelovig’ noemen. Waarschijnlijk zelfs beledigd zijn wanneer hij ‘ongelovig’ genoemd wordt. In het dagelijks spraakgebruik is het begrip ‘gelovig’ ongeveer synoniem met ‘religieus’. Maar die betekenis matcht bepaald niet met wat de Schrift onder geloof verstaat. Sterker nog: de Schrift merkt juist (orthodoxe) godsdienstigheid aan als ongeloof (Rom.11:20). Vanwaar die verwarring?

beschrijving van reactie

Wanneer we spreken over ‘geloof’ en ‘ongeloof’ dan is de eerste vraag die gesteld moet worden: wie of wat geloven? Een concreet voorbeeld. Toen Paulus zich inzette om het Goede Bericht dat aan hem was toevertrouwd wereldkundig te maken, was het voor hem eenvoudig om ‘geloof’ en ‘ongeloof’ te onderscheiden. Want de ene toehoorder be-aamde het woord wat hij bracht terwijl een ander het juist verwierp. ‘Gelovig’ en ‘ongelovig’ zijn de termen die de reactie beschrijven ten opzichte van het woord dat hij verkondigde.

gehoor geven… of niet

Geloof komt voort uit horen, zo lezen we in Rom.10:17. Dat is logisch, want hoe zou je een bericht kunnen geloven als je het niet eerst verneemt? Dat geldt ook voor ongeloof. Om iets niet te geloven zul je eerst de mededeling moeten vernemen.

Het woord voor ongelovig (Str.569), ongeloof (Str.570) en ongelovige (Str.571) komt in totaal 42 keer voor in het Nieuwe Testament. Telkens komt daarin naar voren dat de boodschap van Godswege wordt verworpen. Jezus deed in zijn vaderstad geen krachten vanwege hun ongeloof (Mat.13:58). Een vers eerder lezen we dat ze aanstoot aan hem namen. Het is de eerste keer in het NT dat een woord voor ongeloof wordt gebruikt. En dat zet de toon. De tweede keer is in Mat.17:17 waar Jezus verwijt klinkt: “O, ongelovig en verdraaid geslacht…”. Men miskende wat hij te melden had. In Joh.20:27 wordt tegen Tomas gezegd: “wees niet ongelovig maar gelovig”. Tomas had immers van zijn mede-leerlingen gehoord: “wij hebben de Heer gezien” (20:25) en hij betwijfelde dat openlijk. Dat maakte Tomas ongelovig. En zo zien we dit consequent heel de Schrift door. Ongeloof betekent dus niet slechts dat geloof ontbreekt. In dat geval zou je een plant, een dier of een wasmachine ook ongelovig kunnen noemen. Nee, ongeloof betekent altijd dat het woord wordt afgewezen. Het staat tegenover geloof, dat het woord juist aanneemt. Zie ook Rom.4:20; 11:20; 1Tim.1:13; 2Tim.2:13; Tit.1:15; Hebr.3:12.

onwetend of ongelovig?

In 1Kor.14:23 en 24 schrijft Paulus over twee soorten alternatieve bezoekers van de samenkomst: toehoorders of ongelovigen. Het woord voor “toehoorders” (idiotes) duidt op iemand zonder enig benul (vergl. ons woord idioot). Het is een onwetende, een leek. Dat bevestigt precies wat we hierboven reeds vaststelden. Voordat mensen de boodschap vernemen zijn ze onwetend. Pas daarna kunnen ze als gelovig of ongelovig worden aangemerkt. Het label ‘ongelovig’ wordt gewoonlijk heel slordig gebruikt. Mensen die nog nooit het Evangelie hebben vernomen zijn naar Bijbelse maatstaven geen ongelovigen. Ze zijn onwetenden.

proclameren aan wie?

Paulus verklaart diverse keren gesteld te zijn tot ‘heraut’ (kerux; 1Tim.2:7; 2Tim.1:11). Dat is iemand die proclameert, afkondigt en bekend maakt. Aan wie anders dan degenen die nog onbekend daarmee zijn? In Rom.10:14 vraagt Paulus retorisch:

Hoe geloven zonder te horen en hoe horen zonder proclameerder?

De proclamatie (prediking) is niet bedoeld om ‘ongelovigen’ te bereiken. Dat is zelfs absurd. Want ongelovigen zijn juist degenen die de proclamatie vernamen en verwierpen. Uiteraard is het mogelijk dat hun houding verandert en dat zij alsnog gelovig worden (1Kor.14:23). Sterker nog: op de lange termijn bezien, is zelfs iedere ongelovige een nog-niet-gelovige. Want de Schrift verzekert ons dat elke knie zal buigen en elke tong zal belijden dat Jezus Heer is (Filp.2:11).

de lakmoestest

Er is maar één manier om aan de weet te komen of iemand een gelovige is. Vertel het Goede Bericht en merk dan de reactie op. Zegt iemand ‘amen!!!’ dan heb je van doen met een gelovige. Dat begint gewoonlijk met interesse en nieuwsgierigheid. GOD opent harten daarvoor (Hand.16:14). Wordt iemand daarentegen boos of wil hij haastig van onderwerp veranderen dan is dat een aanwijzing van ongeloof. Waarbij telkens weer zal blijken dat ‘geloof’ tegenover ‘werken’ staat. Zoals Paulus de vraag beantwoordt waarom het ijverige, godsdienstige Israël het Evangelie verwerpt:

Omdat het niet uitgaat van geloof, maar vanuit werken stoten zij zich aan de steen van de aanstoot…
-Rom.9:32-

Men vertrouwt niet op wat GOD doet maar op wat men zelf meent te moeten doen. M.a.w. hun eigen (religieuze!) werken en verdiensten staan hen in de weg. Daarmee stoot men zich aan “de steen des aanstoots”, de opgewekte Christus. Want in hem realiseert GOD zijn plan met heel deze wereld. Zonder mankeren. Dat is het Evangelie!

Betrouwbaar is het woord en alle verwelkoming waardig. Want hiertoe zwoegen wij en strijden wij, omdat we onze hoop hebben gevestigd op [de] levende God, die [de] Redder is van alle mensen, vooral van gelovigen.
-1Tim.4:9-11-

Delen: