de kinderen… left behind?
31-05-2018 - Geplaatst door Andre PietVRAAG:
Paulus spreekt in 1Thessalonika 4:17 over de gelovigen die “weggerukt worden, de Heer tegemoet in de lucht”. Hoe zit het met de kinderen van deze gelovigen? Zullen die achterblijven om “de toekomende toorn” (1Thes.1:10) mee te maken??
ANTWOORD:
Voor zover ik weet, is er geen Schriftgedeelte dat direct antwoord geeft op deze vraag. Toch reikt de Schrift ons wel een aantal overwegingen aan, die m.i. licht werpen op deze kwestie.
alle mensen
Eerst is het goed om vast te stellen waar deze vraag niet over gaat. GOD onze Redder, wil dat alle mensen gered worden (1Tim.2:4) en Hij is ook de Redder van alle mensen (1Tim.4:10). Dat betekent: Hij redt alle mensen, ongeacht wanneer. Maar deze uiteindelijke, universele redding is hier niet aan de orde. Bovenstaande vraag gaat uitsluitend over degenen die nu reeds mogen geloven en deel hebben aan de bijzondere redding van gelovigen. Wanneer de bazuin zal klinken, zullen zij worden weggerukt en tezamen de Heer tegemoet gaan in de lucht. Dat is een specifieke (uit)redding waaraan uitsluitend gelovigen deel zullen hebben.
onwetend
De vraag hier is: wat gebeurt er met de kleine kinderen van de gelovigen? Dat zijn dus zij die nog te klein zijn om te geloven. Ik heb het dus niet over jonge ongelovigen, maar over kinderen die nog geen onderscheid kennen tussen rechts en links (Jona 4:11). Let op: deze kinderen zijn dus ook geen ongelovigen, want die term is in de Schrift gereserveerd voor mensen die het Woord verwerpen (1Kor.14:23). Dat is hier niet aan de orde. We spreken over onwetenden.
de gelovige en zijn huis
Het principe dat we altijd, de hele Schrift door, tegenkomen is dat God niet slechts een gelovig individu redt, maar ook zijn of haar huis. Toen de grote vloed kwam, ontkwamen Noach en zijn huis (Hebr.11:7). Toen alle eerstgeborenen in Egypte dodelijk werden getroffen, werd elk Israeliëtisch huis afzonderlijk in veiligheid gebracht (Ex.12:3). Toen de muren van Jericho vielen, redde God Rachab met allen die in haar huis een onderkomen hadden gevonden (Joz.2:18). Denk ook aan de verwoesting van Sodom en Gomorra. Voordat het vuur en zwavel regende van de hemel, werd Lot veilig uitgeleid, tezamen met zijn huisgenoten.
Inderdaad, Lots vrouw kwam uiteindelijk alsnog om, maar dat was vanwege ongeloof. Ook dat is een belangrijke overweging. Ongeloof snijdt altijd de weg af naar redding. Een ongelovige man of vrouw is wel geheiligd (=apart gezet) in zijn of haar gelovige partner en geniet ook de voordelen van de invloed van Gods Woord (1Kor.7:14). Maar dezelfde Paulus die de heiliging van de ongelovige partner leert, maakt ook duidelijk dat de ongelovige daarmee nog niet is gered (1Kor.7:16)
ook bij Paulus
Het principe van redding van een gelovige samen met zijn huis, zien we ook in Paulus’ prediking. Tegen de gevangenenbewaarder die zich van het leven wilde beroven, zei hij: “Geloof in de Heer Jezus en je zult gered worden, jij en je huis” (Hand.16:31).
Wat anders kunnen we verwachten voor onze jonge kinderen wanneer de Zoon van God uit de hemel zal komen om ons te evacuëren uit de toorn die zal komen? Zou de Heer hen niet in veiligheid brengen, zoals Hij dat in het verleden ook altijd deed?